1. Productiviteitsapps:
Bijvoorbeeld agenda’s, e-mailclients, en to-do-lijsten.
2. Social Media apps:
Bijvoorbeeld Facebook. Instagram en X.
3. Communicatie apps:
Bijvoorbeeld Whatsapp, Telegram en Skype.
4. Entertainment apps:
Bijvoorbeeld games, streamingsdiensten zoals Netflix en muziekapps zoals Spotify.
5. Educatieve apps:
Leerplatformen, taalcursussen en educatieve games.
6. Gezondeheid- en fitnessapps:
Leerplatformen, taalcursussen en educatieve games.
7. Reiss apps:
Navigatie, boekingsapps voor hotels en vluchten, reisgidsen.
8. Shopping apps:
E-commerce platforms als Amazon en eBay.
9. Financiële apps:
Mobiel bankieren, budgetbeheer en investeringsplatformen.
10. Utility apps:
Zaklampen, weerapps en afstandsbedieningen.
11. Nieuws- en tijdschriftapps:
Nieuwsaggregators en digitale versies van tijdschriften en kranten.
12. Fotografie apps:
Camera-apps, fotobewerking en fotosharing apps.
13. Persoonlijke assistentie apps:
AI-gebaseerde assistenten zoals Siri, Google Assistant en Cortana.
1. iOS apps:
Exclusief voor apparaten van Apple zoals iPhones en iPads.
2. Android apps:
Voor apparaten die het Androidbesturingssysteem gebruiken.
3. Web apps:
Toegankelijk via internetbrowsers en niet beperkt tot één platform.
4. Hybride apps:
Combineren elementen van zowel native apps als web apps.
5. Cross-platform apps:
Werken op meerdere besturingssystemen, bijvoorbeeld zowel op iOS als Android. Vaak ontwikkeld met frameworks zoals React Native of Flutter.
1. Gratis apps:
Volledig gratis en vaak ondersteund door advertenties.
2. Freemium apps:
Gratis basisversie met de optie om te betalen voor premium functies.
3. Betaalde apps:
Vereisen een eenmalige betaling voor het downloaden van de app.
4. Abonnement apps:
Vereisen een terugkerende betaling voor het gebruik van de app.
5. In-app aankopen:
Gratis te downloaden maar bieden de mogelijkheid om binnen de app aankopen te doen.
6. Ad-supported apps:
Gratis met advertenties, en soms de optie om te betalen om advertenties te verwijderen.
1. Native apps:
Gebouwd voor specifieke platformen met hun eigen ontwikkeltools en talen (bijvoorbeeld Swift voor iOS en Kotlin voor Android).
2. Web-based apps:
Gebruiken HTML, CSS en JavaScropt en draaien via een webbrowser.
3. Hybride apps:
Combineren native en web app technoligieën.
4. Progressive Web Apps (PWA’s):
Web apps die functies hebben van native apps, zoals offline werken en pushmeldingen.
Elke app-categorie heeft zijn eigen ontwerpuitdagingen, ontwikkelingsvereisten en marktkansen. Het kiezen van de juiste categorie en het begrijpen van het doelpubliek zijn essentieel voor het succes van de app.